dinsdag 28 juli 2015

Een bewuste keuze

“Heb je dan een hond?”

Deze vraag werd mij serieus gisteren gesteld. Ik moet zeggen: die had ik nog niet eerder gehoord! Terwijl ik wel vaker merk dat het vragen oproept, wanneer ik vertel dat ik geen kinderen heb. Soms reageren mensen wat ongemakkelijk; het kan natuurlijk zomaar een uiterst pijnlijk gemis betreffen. Om dat ongemak zo snel mogelijk weg te nemen, ben ik doorgaans niet te beroerd om meteen duidelijk te maken dat ik het bepaald niet als een gemis ervaar. Ik ben een groot voorstander van duidelijkheid.

In tegenstelling tot veel andere kindvrije vrouwen, vind ik het dan ook totaal geen probleem als mensen me vragen waarom ik geen kinderen heb en of het een bewuste keuze is. Vaak maak ik me er gemakkelijk van af door te zeggen dat het inderdaad een bewuste keuze is. Toch is dat feitelijk niet zo. Een ‘bewuste keuze’ impliceert dat er een serieuze afweging aan vooraf is gegaan. Dat ik voors en tegens naast elkaar heb gezet en argumenten heb geformuleerd. Maar niets is minder waar. Voor mij is het niet krijgen van kinderen de natuurlijke gang van zaken. Ik heb me mijzelf simpelweg nooit voorgesteld mèt kinderen. Dat ik daarmee afwijk van een norm realiseerde ik me pas een jaar of 12 geleden.

Ik was eind twintig toen ik een paar dates had met een leuke man. In het proces van leren kennen en aftasten kwam het woord ‘kind’ geen enkele keer ter sprake. Na enkele dates concludeerden we samen dat er voor ons geen vaste verkering inzat. Ietwat gefrustreerd zei de man in kwestie: “Ik had me altijd voorgesteld dat ik voor mijn 35e getrouwd en vader zou zijn, maar dat lijkt niet erg te lukken…” Waarop ik antwoordde “Maar dan was het tussen ons sowieso nooit wat geworden, want ik wil helemaal geen kinderen!” Hij was verbaasd en ik…. ik ook. Het was simpelweg niet bij me opgekomen dat ik een man zou kunnen treffen met een kinderwens. En hij dacht dat alle vrouwen wel kinderen wilden.

Pas vanaf dat moment werd ik me ervan bewust dat ik anders was dan veel andere vrouwen. Dat had natuurlijk ook met de leeftijd te maken; een vrouw van rond de 30, daarvan gaan de eierstokken geheid rammelen! Of toch niet? Die broeddrang is vooral hormonaal en heeft niets van doen met bewuste keuze. Ik mis dat hormoontje, denk ik. Ik fantaseer niet over een kindje van mijzelf. Ik herken ook niets in van die kirrende vrouwen rondom een versgeboren minimensje. Ik kreeg zelfs geen warme gevoelens, toen ik destijds mijn allereerste bloedeigen nichtje in mijn armen geduwd kreeg. (en hier wàs al sprake van een uitzonderingssituatie, want normaliter neem ik géén baby’s op schoot J) Ik voel het niet. Punt.

Het formuleren van alle voor- en (vooral) nadelen van het hebben van kinderen is kinderlijk eenvoudig. Maar laten we eerlijk zijn: die argumenten doen er helemaal niet toe! Ik voel geen kinderwens. Ik ervaar geen behoefte. Dat is het enige echte antwoord op de vraag waarom ik geen kinderen wil. En dat antwoord diskwalificeert alle andere vragen over mijn kindvrije status. Daarover hoeven we het dus niet meer te hebben.

Resteert er slechts één vraag. “Heb je dan een hond?”
Nee, natuurlijk niet. Ik heb katten.

2 opmerkingen: