woensdag 3 februari 2016

De waarheid op tafel


Het is de laatste tijd nogal eens onderwerp van gesprek: eten. Dat is nu eens niet omdat ik het zo graag doe, maar vooral omdat ik het het afgelopen jaar minder heb gedaan. Of misschien vooral: anders. En dat is me aan te zien. Gelukkig maar, want het was hard nodig. (Ik ben er overigens nog niet. Volgens de alom gerespecteerde BMI index heb ik nog zeven kilogrammen te gaan, voordat ik het predicaat 'gezond gewicht' mag voeren.) Maar wanneer je jezelf in een jaar tijd een maatje of twee kleiner weet aan te meten, leidt dit geheid tot diverse vragen, discussies en adviezen. Met als kern van ieder gesprek: wat werkt nu echt? Dan weet ik: ik weet het eigenlijk ook niet.

Er zijn enkele uitgangspunten waar ik in geloof. En zoals dat gaat met geloof: het is geen absolute waarheid. Het heeft iets filosofisch zelfs. Hoe meer ik op zoek ga naar antwoorden, hoe meer ik me afvraag wat nu werkelijk de waarheid is. We hebben een veelheid aan internetsites die koolhydraatarm prediken. Ondertussen is er ook nog ons Voedingscentrum dat vasthoudt aan de (toch iets aangepaste?) schijf van vijf. We hebben de calorietellers, de crashdiëters, de lightlikers, de smoothieslobberaars en de gezond-verstand-aanhangers.

Dat gezond verstand dus... prima methodiek hoor. Mits je niet volkomen clueless bent over wat nu eigenlijk gezond voedsel is. Want natuurlijk: iedereen snapt dat je van het leegeten van een zak chips per dag niet slank en gezond wordt. Maar ik herinner me nog heel goed dat ik jarenlang heb gedacht dat ontbijtkoek, sultana's en yoghurtdrankjes keurig gezonde tussendoortjes waren. En dat ik een gezonde maaltijd bereidde als ik wat verse groenten door mijn Chicken Tonight roerde. Inmiddels weet ik (iets) beter.

Het grote verschil is dat ik me er in verdiep. Ik lees erover en ik praat erover. Dat lijkt invloed te hebben op mijn gezond verstand en dat is fijn. Dus ik eet beduidend minder suikerhoudende producten en mijn avondmaaltijd bestaat voor een groot deel uit verse groenten. Gezond verstand. Nauwelijks discussie over mogelijk, toch? Maar de rest van de veranderingen in mijn eetpatroon zijn flarden uit de diversiteit aan eetwijsheden die de afgelopen jaren tot mij zijn gekomen. Ik handel soms volledig overtuigd, soms sceptisch. Misschien ook wel vaak gebaseerd op: wat komt mij goed uit? En hee! Het lijkt te werken!

Ik krijg er zowaar zendingsdrang van. En dus meng ik mij tegenwoordig in discussies over voedsel, heb ik een mening over wat mensen zoal eten en betrap ik mezelf op betweterigheid. Bloedirritant! Want: ik weet niks. Ik word niet gehinderd door enige feitenkennis of objectieve waarneming. Dus, mocht je mij aanspreken op mijn afgenomen omvang... zal ik voortaan gewoon antwoorden: 'Tja, beetje minder eten en beetje meer bewegen he... het is allemaal niet zo ingewikkeld!'

vrijdag 11 december 2015

Column: De Verloren kat



Het was een dinsdag in juli, toen ik bij thuiskomst tot een vreselijke ontdekking kwam: onze grijze, lieve, dikke, eigenwijze Tommy was niet in huis. Al snel volgde de even zo vreselijke conclusie: Tommy moest van het balkon gevallen zijn. In de dagen die volgden, deed ik wat ik moest doen: een melding maken bij Amivedi en me enorm schuldig voelen, omdat ik de balkondeur open had laten staan. En huilen… heel veel huilen.

Het was exact drie weken na Tommy's verdwijning toen ik een telefoontje kreeg van Amivedi. Een gezin in de Hambaken had een grijze kat gevonden. Het was erg onwaarschijnlijk dat het onze Tom zou zijn, maar toch gingen we kijken. Eén blik was voldoende: dit was niet Tommy. Te klein, te slank, te veel tekening in de vacht. Maar wàt een schatje! Het gezin zat duidelijk met de kat in hun maag... ze hadden zelf al twee kittens en die waren bang voor deze indringer. En dus besloten wij de kat mee te nemen.

Voordat wij echter overgingen op naamgeving en hechting, besloten we eerst een bezoekje te brengen aan de dierenarts. Even geslacht, gezondheid en eventuele chip checken. Poes. Prima in orde. Roosje uit de Muntel/Vliert. Jawel... onze kleine grijze aanwinst had een chip, een naam en een gezin dat haar miste. Eenmaal thuis nam ik contact op via het telefoonnummer dat de dierenartsassistente me gegeven had. Ja, zij waren Roosje al ruim twee maanden kwijt en misten haar heel erg. Maar zij stonden op dat moment met één been in het vliegtuig, op weg naar hun vakantiebestemming. En zo hadden wij enkele weken een poes te logeren.

Het was een dinsdag in september, toen wij Roosje terugbrachten naar haar eigen mensen. Het was een prachtig weerzien en ik ben blij dat wij het gezin blij konden maken met hun verloren kat. Ik weet immers maar al te goed hoe verdrietig je kunt worden van zo'n gemis. En Roosje is een schat, dus het was zeker geen straf om voor haar te zorgen. De impulsieve reactie haar mee naar huis te nemen, was echter wel ingegeven door de wens haar te houden. Of was het vooral de wens haar een veilig en warm thuis te geven? Want dat laatste is ons in ieder geval gelukt, al is het op een andere manier dan we in gedachten hadden.






vrijdag 4 september 2015

Een bevoorrecht mens

Al een dag of tien vertoef ik met mijn geliefde in Kroatië. Onze jaarlijkse zomervakantie, wanneer wij elders in Europa gaan kijken hoe mooi het is. We reizen af naar zonniger oorden, comfortabel met het vliegtuig. We genieten van de gastvrijheid van de plaatselijke bevolking. Want wat zijn ze vriendelijk als wij bij hen onze euro's - of in dit geval kuna‘s - komen besteden. Ik geniet van de zon, de prachtige omgeving, het eten, de wijn en van het even helemaal niets moeten. Dat heb ik verdiend, vind ik. Daar heb ik immers het hele jaar hard voor gewerkt.

Nog een paar dagen en dan gaan we weer naar huis. We keren terug naar de plek waar we ons huis, werk, familie en vrienden hebben. En... vrijheid, veiligheid en vrede. Daar stond ik eigenlijk nooit zo erg bij stil. Ik realiseerde me altijd al wel dat ik mazzel heb, omdat ik staat ben reizen als deze te maken. Maar de laatste dagen word ik me steeds meer bewust wat mij werkelijk bevoorrecht maakt; ik leef in een land dat al 70 jaar geen oorlog kent. Een land waarin wij comfortabel en veilig kunnen leven.

Heb ik dat verdiend, dat veilige en comfortabele leven? Waarmee dan? Wat maakt dat ik daar recht op heb? Er is maar één ding wat ik beter heb gedaan dan al die mensen op die zinkende boten, in die volgepakte treinen en in die verstikkende vrachtwagens: ik ben geboren in Nederland. Dát en alleen dát maakt dat ik recht heb op een menswaardig bestaan. Dat ik daar méér recht op heb, dan dat kindje dat deze week aanspoelde op het strand van Bodrum. Even maakt dat me heel verdrietig, maar ik keer verrassend snel terug naar mijn eigen comfortabele leventje. Want wat kan ik er aan doen?

Naast verdrietig word ik de laatste weken minstens zo vaak boos. Mijn boosheid is gerichter dan mijn verdriet. Concreter. Dichterbij. Ik word keer op keer boos, wanneer het woord gelukszoeker valt. Wanneer landgenoten het hebben over profiteurs. Wanneer ik lees dat die vluchtelingen van onze welvaart willen meegenieten. Welvaart?! Wat dacht je van een plek waar ze niet het risico lopen te worden neergeknald? Veiligheid... dàt is het enige wat ze van ons vragen. Natuurlijk... met die veiligheid komen ook voedsel en voorzieningen om de hoek kijken. En ja, dat kost geld. Ik snap ook echt wel dat we naast ons gevoel, óók ons verstand moeten laten spreken. Maar doe alsjeblieft niet net alsof die miljoenen vluchtelingen voor hun lol of voor een beetje vooruitgang hun thuisland achter zich laten en Europa intrekken! Bovenal: realiseer je dat de rechten die je denkt te hebben en de aanspraak die je kunt maken op onze welvaart en een menswaardig bestaan, slechts gebaseerd zijn op zoiets willekeurigs als de plek waar je bent geboren.

Met die gedachte keer ik weer terug naar mijn eigen comfortabele leventje, waar het schaamrood op de kaken zich nauwelijks onderscheidt van de door de zon verkleurde huid. En waar de bevolking me immer gastvrij ontvangt, zolang ik maar geld opbreng in plaats van kost. Comfortabel met af en toe een knoop in mijn maag...